In 2050 moeten alle Nederlandse woningen energieneutraal en aardgasvrij zijn. Woningcorporaties zijn daar al voortvarend mee bezig. Maar hoe krijg je particulieren zover dat zij hun woning verduurzamen? Dat vraagt om een alternatieve collectieve aanpak, betoogt Haico van Nunen, lector Duurzame Renovatie aan de Hogeschool Rotterdam.
Om iedereen vanaf 2050 energieneutraal te laten wonen, moet Nederland jaarlijks 270.000 woningen verduurzamen, oftewel 1.000 woningen per dag. “De verduurzamingsopgave is de grootste bouwopgave ooit”, schrijft Van Nunen op BouwKennisBlog. “Het is dan ook niet verwonderlijk dat we op zoek zijn naar een collectieve aanpak. Als we iedere woning afzonderlijk moeten benaderen dan is de voorbereiding en planvorming veel te tijdrovend. Dat is een van de redenen waarom ‘men’ naar de woningcorporaties kijkt als startmotor. Hun complexen zijn gebaseerd op collectiviteit, dus waarom zou je daar dan niet beginnen?”, aldus Van Nunen.
Individuele bewoners benaderen
In 2019 waren er volgens het CBS 4.487.894 koopwoningen, 2.295.414 huurwoningen in eigendom van een corporatie. “Een veel grotere uitdaging is dan ook de particuliere sector”, stelt Van Nunen vast. “Als je die woningen wilt verduurzamen zal je dus de individuele bewoner moeten benaderen. En aangezien die straks ook degene is die de rekening betaalt zal die een eigen inbreng willen hebben. Dat is waarom veel partijen wegblijven van deze markt. Het is toch veel makkelijker om één keer een opdracht af te sluiten met 100 woningen, dan 100 opdrachten van 1 woning. Maar als we zo blijven denken komen we nooit vooruit in de maatschappelijke ambitie.”
Voor meerdere personen tegelijk
Het verduurzamen van koopwoningen vraagt om een alternatieve vorm van collectiviteit, meent Van Nunen. “Het is namelijk niet zozeer van belang dat alle mensen letterlijk bij elkaar wonen, maar dat je het proces voor de verbetering kunt gaan opstarten en, voor meerdere personen tegelijk. Dit vergt wel dat je oplossingen hebt die al uitgewerkt zijn. Je gaat namelijk geen nieuw ontwerp maken, maar je gaat een bestaand ontwerp toepassen op meerdere woningen. Schaal en massa haal je daarmee uit elkaar.”
Verder kijken dan de straat
Schaal heb je nodig om een ‘proces’ te starten, en massa om je productie op gang te brengen. De schaal kun je creëren door verder te kijken dan de straat. Met 25 mensen in een buurt heb je voldoende schaal om tot realisatie over te gaan. En dan hoeft dit nog niet eens te gaan over dezelfde componenten. Er is namelijk niets mis om op een moment vragen over daken, vloeren en gevels te beantwoorden, maar als je voor iedere vraag uit moet rukken en tijd vrij moet maken, dan is het een tijdrovende bezigheid.”
Massa ontwikkelen
“De benodigde massa ontstaat op het moment dat je voldoende kunt gaan produceren”, vervolgt Van Nunen. “Dan is het van belang dat je een product hebt dat gereed is, en met een beetje maatwerk kan worden toegepast, als vorm van industrialisatie. Door naar componenten te kijken in plaats van een complete woning ontstaat er massa, immers bij verschillende woningen komen identieke componenten voor. En laat dat componentniveau nu net een niveau zijn waarop je als bewoner nog kunt beslissen, dat betaalbaar is en dat kwaliteit toevoegt op onderdelen van je woning. Als je goed naar de woningvoorraad kijkt zie je namelijk component families. Doordat het maar een beperkt aantal families zijn kun je massa ontwikkelen op die familie.”
Opschalen industrieel renoveren
Lees ook het interview met Jonathan Reitsma, programmamanager Industrialisatie bij Stroomversnelling, over het opschalen van industrieel renoveren.