WEBO richt het vizier op 2050

Webo Willem Haase

Timmerfabriek WEBO, dit jaar lid geworden van Stroomversnelling, oogst al jarenlang succes met zijn prefab gevelelementen met hoge isolatiewaardes. De houtskeletbouw-elementen kunnen nu worden voorzien van een nieuwe lijn houten kozijnen die voldoen aan de NOM-normen, voor een complete Nul-op-de-Meter gevel. “Alles wat uit onze fabriek komt is klaar voor 2050.”

WEBO is een Twents familiebedrijf dat bijna honderd jaar geleden is opgericht. Het bedrijf heeft dus al een hele historie, maar kijkt vooral vooruit. Al vanaf het moment dat Jan Haase het bedrijf in 1988 overnam, richtte het zich op vernieuwing. Er kwam een nieuwe prefab productielocatie, voorzien van de nieuwste computergestuurde apparatuur. Veel producten die de fabriek verlaten, hebben het kwaliteitskeurmerk KOMO. Ook hecht het bedrijf waarde aan duurzaamheid. WEBO is FSC- en PEFC-gecertificeerd en gebruikt dus hout uit bossen die door verantwoord bosbeheer behouden kunnen blijven.  

Gevelelementen met hoge isolatiewaardes

Het bedrijf houdt de marktontwikkelingen goed in het oog en speelt in op de vraag naar bouwelementen die energetisch goed scoren. Dat begon een jaar of tien geleden, toen WEBO vanuit Stroomversnelling is gevraagd een gevel te produceren die voor Nul-op-de-Meter renovaties geschikt zou zijn. WEBO sloeg een nieuwe weg in en ging houtskeletbouw elementen met hoge isolatiewaardes bouwen. “We hebben veel succes met deze gevel-elementen”, vertelt Willem Haase,  die zijn vader als bedrijfseigenaar opvolgde. “Doordat hout van nature een isolerende werking heeft en we effectieve isolatietechnieken hebben ontwikkeld, worden hoge RC-waardes behaald. Ons BENG-Element heeft een RC-waarde van 4,5 tot 5, het NOM-Element bereikt een RC-waarde tot 8.0.”

Keuze tussen BENG en NOM

Sinds kort kan WEBO de HSB-elementen bovendien voorzien van een nieuw type houten kozijnen. Haase: “Ook hier kan een keus worden gemaakt tussen BENG- en NOM-niveau. Later, in de gebruiksfase, kunnen houten kozijnen desgewenst worden aangepast. Denk hierbij aan het plaatsen van triple glas in een BENG-Kozijn om zo ook aan de NOM-norm te voldoen. Alles wat uit onze fabriek komt is circulair en klaar voor 2050, wanneer 7 miljoen woningen van het aardgas af moeten zijn.”

Flexibiliteit en flow

Omdat de HSB-elementen en kozijnen industrieel worden geproduceerd, kan de prijs volgens Haase laag worden gehouden. “Die lagere prijzen zorgen voor continuïteit.” Een niet-constante productie-flow is een van de grootste hindernissen die industrialisatie op dit moment in de weg staat. De vraag naar NOM-woningen is nog niet constant, en dat kan verstoringen in het productieproces leiden. Haase zorgt er echter voor dat zijn fabriek niet stil komt te liggen. “We krijgen flow door méér te maken dan we eigenlijk aankunnen. Op het moment dat we de piek bereiken en eigenlijk te veel werk hebben, zijn we in staat om op te schalen en snel een extra ploeg in te zetten. Wanneer het een keer wat minder druk is, nemen de mensen vrij. Die flexibiliteit is nodig, want het is nu eenmaal een gegeven dat projecten schuiven in de tijd. Bijvoorbeeld omdat er nog geen vergunning is.”

Samen de energietransitie voor elkaar krijgen

Nu WEBO zich steeds nadrukkelijker op de toenemende vraag naar energiezuinige en energieneutrale bouwconcepten richt, vindt Haase het een ‘logische stap’ zich bij Stroomversnelling aan te sluiten. “We zijn vlak vóór de coronaperiode lid geworden, dus we hebben nog niet deel kunnen nemen aan ontwikkeltafels en dergelijke. Maar het is onze ‘drive’ om samen die energietransitie voor elkaar te krijgen. Dat doe je door kennis te delen en vooral ook door te doén. Er is al veel tijd en geld gestoken in onderzoek en innovatie. We zijn inmiddels in staat om woningen te renoveren naar Nul-op-de-Meter. Laten we niet te lang blijven praten, maar vooral ook de handen uit de mouwen steken.”