Woningcorporaties kunnen met de nieuwe monitoring norm makkelijker rapporteren over energieprestaties teneinde de energieprestatievergoeding (EPV) te kunnen ontvangen. Op deze manier kunnen corporaties meer investeren in verduurzaming van de woningen.
De monitoring norm maakt het woningcorporaties een stuk makkelijker om een bijdrage aan huurders te vragen zodat ze kunnen investeren in energieneutrale woningen. Dat is de boodschap van Rens Verbruggen, projectleider monitoring bij Stroomversnelling. Hij is samen met Maarten Hommelberg initiatiefnemer van de ontwikkeltafel monitoring, een werkgroep die heeft gewerkt aan de monitoring norm 1.0, de huidige standaard voor het meten van energieprestaties bij nul-op-de-meter(NOM)-woningen. De metingen zijn nodig om de beloofde energieprestaties aan te tonen.
Animo onder woningcorporaties
“We merken dat er onder woningcorporaties animo bestaat om de norm toe te passen,” zegt Verbruggen. Corporaties kunnen op basis van de gemeten energieprestaties aan hun huurders de energieprestatievergoeding (EPV) vragen, een bedrag voor het bewonen van een NOM-woning. Veel corporaties vinden de EPV-procedure lastig, waardoor de meesten nog geen vergoeding vragen aan hun huurders. De monitoring norm maakt het EPV-proces echter makkelijker.
De eerste twee bedrijven die met deze norm kunnen werken zijn ABB-Enervalis en Enermatics-iungo. Zij namen hiervoor begin oktober tijdens Energy-Up 2019 een certificaat in ontvangst. Verbruggen hoopt dat meer bedrijven zich melden om een certificaat te halen.
Waarom een monitoring norm?
Verbruggen wijst drie redenen aan voor de monitoring norm. “Allereerst dreigde bij corporaties chaos te ontstaan bij het verzamelen en aanleveren van data voor de benodigde EPV-rapportages. Een slimmere aanpak was nodig, anders zou het een administratieve strop worden.” Daarnaast liepen bouwbedrijven vast op de monitoring. “Dit lag meestal buiten de expertise van de bouwers. Er was een manier nodig om de data makkelijker te verzamelen en delen.” Derde oorzaak was dat sommige producten in de markt niet goed functioneerden. “Uit analyses van TNO bleek dat maandenlang niet kon worden gemeten, of dat afwijkingen in de data ontstonden. Daardoor mochten woningcorporaties de EPV niet innen.”
Vergelijkbare aanpak als NOM Keur
De monitoring norm werd ontwikkeld aan de ontwikkeltafel, die begin 2017 is opgericht. Aan de tafel zaten zeventien leden van Stroomversnelling, waaronder bouwbedrijven, corporaties en monitoringleveranciers. Zij kwamen tot een document met specificaties, als verdieping op de eisen voor NOM Keur over monitoring. “We hebben de monitoring norm op een vergelijkbare manier als het NOM Keur aangepakt. Dit betekent dat de set prestatie-eisen duidelijk omschrijft wat van een monitoringsysteem wordt verwacht, maar het laat ruimte aan de marktpartijen om dit op de slimste en efficiëntste manier in te richten. Marktpartijen kunnen hierin dus zelf keuzes maken.”
Monitoring norm versie 1.0
De monitoring norm werd vorig jaar gelanceerd op de vakbeurs Energie 2018. “Dat was versie 0.1. Sinds de lancering is de monitoring norm nog doorontwikkeld, met name op gebied van de API (Application Programming Interface), het communicatieprotocol die standaard uitwisseling van data mogelijk maakt. Bij de 0.1-versie was dit nog niet geïmplementeerd, bij de 1.0-versie is dat wel het geval,” meldt Verbruggen. Hij verwacht dat de norm verder zal worden verbeterd, al blijft de huidige versie 1.0 voorlopig gehandhaafd voor de benodigde ‘rust in de markt’. “Als de norm zal worden aangepast gaat het om punten en komma’s,” zo laat Verbruggen weten.
Ketentest voor beproeven API
Verbruggen wenst dat de monitoring norm bekender wordt. “Ik hoop dat woningcorporaties monitoring niet zien als een obstakel, maar als een middel om verduurzaming betaalbaar te maken, doordat de EPV mag worden geïnd.” Woningcorporatie Portaal onderzoekt met een ketentest of de API werkbaar is in de praktijk, vertelt Verbruggen. “We proberen zo de kinderziekten eruit te halen en tegelijkertijd Portaal en hun ketenpartners te helpen hun proces goed in te richten. Er zullen meer ketentests volgen. Hiervoor zijn we nog op zoek naar partijen, met name woningcorporaties die de monitoring norm willen toepassen. Die keuze ligt immers bij de corporaties.”
Plannen voor ontwikkeltafel
Nu de basis staat kijkt Stroomversnelling naar mogelijke verbredingen en verdiepingen voor monitoring, zoals het toevoegen van prestatie-eisen voor het meten van de luchtkwaliteit van het binnenklimaat. “Het vergt nog extra onderzoek om hiervoor nu al harde prestaties af te dwingen, maar het onderwerp krijgt steeds meer aandacht. Daarnaast wordt verkend of de norm toepasbaar is voor de koopsector. We starten hiervoor een nieuwe ontwikkeltafel om dit verder uit te werken,” zegt Verbruggen. Naast de koopsector staan ook onderwerpen als smart grids, slimme stappen voor monitoring en data-uitwisseling voor preventief onderhoud op de agenda.
Interesse in de ontwikkeltafel? Neem contact op met rverbruggen@energielinq.nl of mhommelberg@energielinq.nl
Voor meer over de norm, kijk op www.MonitoringNorm.nl
Foto: Dagvoorzitter Marcel Brosens (l) en Maarten Hommelberg (r) tijdens Energy-Up 2019.