Energeia deed begin 2019 verslag over de visie van Annelies Huygen van de Universiteit van Amsterdam en TNO. Zij stelt dat de aansluitingsplicht van warmtenetten onwenselijk en onnodig is. In het buitenland lijkt het een stuk makkelijker te gaan dan hier. Daar zie je dat warmtenetten de goedkopere oplossing zijn en een hoge klanttevredenheid hebben. Maar in Nederland lijkt de ontwikkeling beperkt. Een paar grote warmtebedrijven hebben hier de monopolie over de markt. Dit zorgt ervoor dat de tarieven hoog blijven en er te weinig wordt geïnnoveerd. In het buitenland zijn er vaak honderden en soms zelfs duizenden warmtenetten die de concurrentie met elkaar aangaan.
Lees ook: Nieuwe impulsen voor stadswarmte in Verenigd Koninkrijk
Vergroot concurrentie warmtenetten
Dat is dan ook wat Huygen adviseert; er moet meer concurrentie komen. Op dit moment gaan gemeenten al voordat er een plan ligt met de aanwezige aanbieder aan tafel. “Dat is weinig transparant” geeft Huygen aan. Het moet juist andersom; allereerst moeten gemeenten goed nadenken over hoe het warmtenet eruit moet gaan zien. Daarna zouden ze een openbare aanbesteding moeten uitschrijven waarop de verschillende bedrijven zich kunnen inschrijven.
Lees ook: Experiment nieuwste generatie stadsverwarming in Duitse Ruhrgebied
Aansluitverplichting beperkt concurrentie
Daarnaast stelt Huygen dat we de aansluitingsplicht van warmtenetten los zouden moeten laten. Op dit moment bestaat deze in Nederland om de kosten per aansluiting behapbaar te houden. Maar dit zorgt er juist voor dat de mogelijkheid tot concurrentie beperkt blijft. En dat is volgens haar onwenselijk. De aansluitverplichting maakt de bestaande monopolieposities mogelijk en zorgt ervoor dat klanttevredenheid, prijsconcurrentie en het aanbieden van aantrekkelijke diensten weinig prioriteit krijgen bij de aanbieders. In het buitenland geldt bijna nooit een aansluitingsplicht van warmtenetten, maar daar blijkt het ook niet nodig omdat men over het algemeen tevreden is over hun aanbieder.
Lees ook: Intelligent warmtenet voor Parijse universiteitscampus
Prijsregulering warmtenet
Autoriteit Consument & Markt reguleert de prijzen in Nederland met het Niet Meer Dan Anders-principe (NMDA). Dit zorgt ervoor dat de warmtenetprijzen niet hoger zullen zijn dan de gemiddelde gasprijs. Omdat de rendementen van warmtenetten nu al laag zijn, zullen de prijzen niet direct dalen wanneer de gasreferentie wordt losgelaten. Maar volgens Huygen kan hier verandering in worden gebracht wanneer de bedrijven meer zouden concurreren en gedwongen worden om efficiënter te werken.
Hulp van gemeenten
Om het allemaal werkbaar te maken zou de overheid ook kunnen leren van buitenlandse voorbeelden. Zo zouden gemeenten goedkope leningen kunnen aanbieden, waardoor buurten gezamenlijk een stukje warmtenet kunnen aanleggen. Beheer en exploitatie kan dan worden uitbesteed aan een energy services company (Esco) of energiedienstenverlener. Door het plaatsen van koppelstukken kan er een groot net worden gebouwd, waar alle ruimte is voor verschillende aanbieders.
Tot slot stelt Huygen dat Nederland juist wel voorop loopt als het gaat om innovatieve energiediensten en dat biedt kansen; “We moeten naar heel andere warmtenetten toe. Straks zijn huizen beter geïsoleerd, dan heb je minder warmte nodig. Maar je hebt ook elektriciteit over, die je zou kunnen opslaan als warmte. Er ontstaat behoefte aan nieuwe diensten in de toekomst. En warmtenetten kunnen daaraan bijdragen.”
D2Grids wordt georganiseerd via het Interreg programma en financieel ondersteund door ERDF:
D2Grids is een project dat de 5e generatie stadsverwarmings- en koelingsnetwerken (5G DHC) in heel Europa moet opschalen. Als eerste bij de vijf proeflocaties: Brunssum, Parijs-Saclay, Bochum, Glasgow en Nottingham. Maar ook bijvoorbeeld in Vlaanderen. D2Grids (afkorting voor ‘demand driven grids’) is een project van Interreg NWE, gecoördineerd door Mijnwater.
Huygen ziet een paar zeer essentiële zaken over het hoofd.
Er is geen markt voor warmtenetten. Je mag al blij zijn als er eentje is die een dergelijke investering aan wil gaan. De concurrentie is er niet. Waarom moet er een business zijn voor warmte? Welke marktutopie wil je nastreven? Is er dan concurrentie op aanleg van elektra? Of op aanleg van gas? Wil je dat dan ook? Waarom moet dat bij warmtenetten dan wel? Alleen maar omdat we de elektra en gas inkoop en verkoop hebben geliberaliseerd (na 50 jaar zelf als Rijk, provincie en gemeente de gehele markt te hebben opgezet) wil nog niet zeggen dat warmte dan ook maar helemaal als commodity op de markt kan. De afgelopen 25 jaar heb ik in geen geval concurrentie gezien, geen markt, geen meerdere aanbieders per project van enige omvang.
Dus vergeet het nu eens en voor altijd het rare idee dat warmte door de markt opgepakt moet worden. Dat experiment van D66 in de jaren 90 met het verkopen van alle warmtenetten aan private partijen is mislukt. Eneco wordt met de warmtenetten verkocht. Dat is de grote fout die nu nog als laatste deel van de spiltingswet van Brinkhorst wordt uitgevoerd. De komende transitie gaat helemaal vast lopen als wij denken dat de markt het wel gaat oplossen ook al zal een gemeente de aanbesteding doen, om van het aardgas op iets anders over te gaan.
Daarnaast moet een warmtenet iedere keer uitgerekend worden met een businesscase en die wordt vergeleken met andere niet marktgerichte opties zoals elektra oplossingen.
Iedereen die nu een warmtepomp aanschaft (de rijkere burger in dit land) en aansluit op het landelijke elektriciteitsnet dat in handen is van de gemeenten, provincies en het Rijk profiteert van het gesocialiseerde tarief voor deze elektriciteitsnetaansluiting. De kosten worden dus afgewenteld op alle andere burgers zonder dat zij daar het voordeel van krijgen. Als je bij een warmtepomp een kostenplaatje krijgt van duizenden euro’s voor de algehele netverzwaring denk je nog wel eens extra na voordat je aansluit.
Deze gedachte van Huygen is zoiets als een stuk weg in een stad aanbesteden aan de markt en zeggen dat ze daar een business case van moeten maken zonder dat de gemeente daarvoor betaalt en dat ze moeten concurreren met andere aanbieders en alle wegen eromheen en de weg die er al ligt blijft van de gemeente. Nou voorruit men krijgt een vergoeding die evenredig is met de huidige opcenten van de provincie per km weglengte en breedte van de weg (voor het gemak even uitgerekend op 10 euro per meter per jaar). En zo gaan we langzaam in 30 jaar tijd alle wegen privatiseren…. Ik ben bang dat dat niet gaat werken, er is geen markt en de burgers zullen dit ook niet accepteren en dit geldt ook nu voor warmtenetten. Warmte is een essentiële nutsvoorziening voor onze burgers of dat nu met aardgas, elektra of met warmte gedaan wordt. Dus degene die nu aardgas en elektra aan ons levert met hun netten moeten dat voor ons blijven doen in de toekomst voor alle vormen van energie om ons huis te verwarmen.
Graag ga ik werken aan de transitie van aardgas naar andere warmtevoorzieningen. Maar we moeten nu niet alle wet en regelgeving overboord gooien omwille van een markt die er niet is. Dit werkt energie armoede in de hand en vertraagt of stopt de energietransitie voordat die begonnen is.
Harm Eetgerink, onafhankelijk adviseur energie.
Beste Harm, je hebt echt geen idee waar je over praat. En waar je hebt gewerkt aan warmte schrijven de gemeentelijke rekenkamers nu vernietigende rapporten….
Warmte zoals het nu is heeft 0 toekomst, en 95% van de warmtenetten die er nu liggen moeten we opknippen om er ooit echte duurzame energie mee te kunnen distribueren…